‘Het opnieuw dragen en vermaken van kleding past bij deze
tijd en verdient aanmoediging.’ Dit citaat kwam ik de afgelopen week tegen in
een artikel over kledingstukken die een tweede leven krijgen. Ja, als een
kledingstuk je dierbaar is, waarom zou je dat niet doen?
De afgelopen week heb ik een pyjamabroek korter gemaakt,
zodat deze niet meer op de grond valt. Het verbaasde mij dat deze gekochte
broek van oorsprong zo lang was.
En eindelijk ben ik begonnen aan een tas. De lap stof die ik
heb gekregen lag er al langer dan een jaar, maar ‘nu gaat die eraan’. Het Afrikaanse zand zit er volgens mij nog in.
Maar dat maakt de tas dan ook ‘natuurlijk’ en ‘origineel’. Normaal was ik een
gekochte of gekregen stof altijd, maar deze Afrikaanse stof heb ik niet
gewassen, zodat de oorspronkelijke vouwen er ook nog inzitten. Dat geeft wel
een unieke ‘Afrikaanse’ stijl. Met een dubbel kruis. Dus extra sterk.
Ook heb ik nog weer naailes gegeven aan twee meisjes die
verder hebben gewerkt aan hun rok. De ‘workshop’ is allang beëindigd, maar ik
kan het niet laten gebeuren om deze meisje met hun onafgewerkte rokjes te laten
zitten vanwege ons ‘kapitalistische en planmatige denken’. Of het ligt aan mij
dat ik van te voren heb moeten aangeven 'students' niet in vier keer een rok kan leren
naaien. Of mijn zakken zijn te diep.
Nee, voor mij is het niet mogelijk om in 4 x 1,5 uur een
beginneling zelf een rokje te leren maken en ben ik maar weer ‘onbezoldigd’
verder gegaan. Dat is natuurlijk wel een keer afgelopen, anders krijgt het geheel nog
een ‘invaliderende werking’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten